Je hebt echt alles gedaan wat in je mogelijkheden lag, zelfs ver buiten je eigen grenzen gegaan om toch maar zo goed mogelijk je eigen kind te kunnen begeleiden en aan z’n noden tegemoet te kunnen komen. Maar dat heeft een grote tol van je geëist, zelfs zulke grote tol dat je voor onbepaalde tijd wel geïmmobiliseerd leek. Het leven draaide maar door en jij bleef ter plekke aan de grond vastgeplakt als het ware. Niet letterlijk dan, maar zo voelde het wel.
En dan is het zover; je moet de zorg van je eigen kind uit handen geven. Je bent zo ver door je voorraad heen dat niets nog lukt. Een aanmelding bij het gedragstherapie center is onbetwist nodig.
Dan komt de wachtlijst, die precies niet korter lijkt te worden en dan plots het telefoontje om te zeggen dat je kind volgende week aan z’n therapie kan starten. Pfff … even ademhalen, of toch dat is wat je dacht dat je ging kunnen doen.
Met een auto volgeladen vertrek je richting therapie center. Bij deze opname is er nog wel mogelijkheid tot bezoekmomenten en op woensdag en tijdens het weekend mag je kind ook naar huis komen.
Spannend allemaal om je kind volledig uit handen te geven, toe te vertrouwen aan een team van tot dan nog onbekende mensen. Een kamertje alleen, weg van het gezin. Er gaat zoveel door je heen, maar net als je kind moet je er gewoon doorheen.